Bevriezen van eten, honderd jaar geleden was dit nog uit den boze, want waarom zou je? Het was totaal niet praktisch en het verloor vaak ook nog eens de voedingswaarden die het eten moest behouden. Tot de jaren ’20 en ’30 daar verandering in brachten.
Het was Clarence Frank Birdseye II die in 1925 een zogenaamde ‘double belt freezer’ uitvond. Het was eigenlijk gewoon een lopende band, waarop roestvrijstalen banden door ijskoude pekel werden geloodst. Op deze banden werd verpakte vis vervoerd, maar het taste de kwaliteit van de vis lichtelijk aan. Birdseye zou Birdseye niet zijn als hij ook daar een oplossing voor bedacht – hij combineerde zijn machine met reeds bestaande machines en zorgde voor een nog sneller bevriezingsproces, waardoor de celmembranen niet langer zouden beschadigden.

De machine die Birdseye gebruikte voor het bevriezen van vis

Clarence Frank Birdseye II
Nu het gelukt was om vis in te vriezen begon Birdseye te experimenteren met vlees, gevogelte, fruit en groente. Het hele proces zou nog eens drie jaar duren, maar aan het begin van de jaren ’30 revolutioneerde hij de voedselindustrie. Een compleet nieuwe tak van voedselverkoop was geboren. Voortaan kon de Amerikaan (en later ook de Europeaan) hun eten ingevroren kopen, het bleef hierdoor langer goed en werd ook nog eens een pak goedkoper. Amerika zou Amerika echter niet zijn als het letterlijk het onderste uit de kan zou halen. Er werden koelkasten en vriezers ontwikkeld voor thuisgebruik, waarbij het tin-tekort in de Tweede Wereldoorlog het invriezen van voedsel ook nog eens in de hand hielp. Het ging hierbij zelfs zo ver dat er ingevroren sinaasappelsap ontwikkeld werd..

De nieuwe ‘Frozen Foods’ gedeeltes in de supermarkt
De uitvinding uit de jaren ’30 zou ook de geboorte geven aan een nieuw fenomeen in de jaren ’50, het zogenaamde ‘TV Dinner’, beter bekend als de kant-en-klaar-maaltijden die enkel nog in de magnetron opgewarmd moesten worden, waarna ze voor de TV konden worden verorberd. Maar dat is voor een andere post.